12-09-2019

Oorspronkelijke bewoners

Het is avond in Perth. Ik loop van het restaurant waar ik heb gegeten naar mijn heksenhuisje. Ik zie een opstootje tussen twee Aboriginals, duidelijk dronken. Een politieauto met sirenes komt met gillende banden de hoek om. Ongelukkige mensen in een donkere omgeving. Ik zie Aboriginals alleen in de stad. Ik bedenk dat steden een bepaalde cultuur hebben, waar de Aboriginal cultuur, de kijk op het land, de songlines niet in passen. Aboriginals kunnen heel goed succesvol in de stad leven, als ze een deel van hun cultuur opgegeven en een deel van de stadscultuur overnemen, wellicht.
Ik probeer de cultuur van de oorspronkelijke bewoners te vangen. Ik ga naar twee tentoonstellingen over Aboriginal kunst en cultuur, ik zie hoe de eerste westerse Australische kunstenaars de oorspronkelijke bewoners wel en niet zien in hun impressionistische kunst, ik lees Kraaienwacht van Inez van der Spek, die twee wegen, de mislukte migratie van haar familie verbindt met de weg van de 500.000 Aboriginals via het verhaal van kunstenaars en activisten Michael Riley en Fiona Foley, ik vertel in dit blog de songline van Ngintaka, die ik in het museum heb gezien, binnen mijn eigen songline, mijn eigen route en weg in Australië. Maar die cultuur vang ik niet. Henning, de buschauffeur in the Grampians, vertelt dat je pas buiten de gebaande paden van de steden het echte Australië ziet, en zegt me dat ik nog eens terug moet, door de woestijn, naar het andere Australië, dat ik volgens hem enorm zou waarderen. Maar ik denk dat ook Alice Springs, en de Aboriginal cultuur in de woestijn een toeristische attractie is geworden, mensen die zo leven voor ons. Het stemt treurig, en ik kijk in de rondte en het is donker.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten